Een ogenblik geduld a.u.b.
  • Home
  • Wijkmonitor leefbaarheid

Wijkmonitor leefbaarheid

Toelichting op indicatoren van de Wijkmonitor Leefbaarheid

 

Kwalitatieve indicatoren

 

Mobiliteit

Indicator Toelichting
Afstand tot treinstations totaal De gemiddelde afstand van alle inwoners in een gebied tot het dichtstbijzijnde treinstation, berekend over de weg
Afstand tot oprit hoofdverkeersweg Toegang tot een rijks- of provinciale weg.
Als uitgangspunt voor de opritten is het Nationale Wegenbestand (een
product van Adviesdienst Verkeer en Vervoer van het Ministerie van Verkeer
en Waterstaat) gebruikt.

De gemiddelde afstand van alle inwoners in een gebied tot de
dichtstbijzijnde oprit van een rijks- of provinciale weg, berekend over de
weg.
Personenauto's per huishouden Het aantal personenauto's per (particulier) huishouden op 1 januari. De personenauto's worden regionaal ingedeeld met behulp van de kentekenregistratie. Personenauto's die geregistreerd staan op het adres van het lease- of verhuurbedrijf vertekenen daarom de autodichtheid per huishouden. Zie de tabeltoelichting voor een verwijzing naar een andere StatLinetabel met cijfers waarin de voertuigen op naam van rechtspersonen (bedrijven) buiten beschouwing zijn gelaten, om deze vertekening van de cijfers door grote verhuur- en leasebedrijven te voorkomen. Het aantal personenauto's per huishouden is vermeld bij minimaal 50 huishoudens en bij een waarde van maximaal 2,5 personenauto’s per huishouden.

Nabijheid voorzieningen

Indicator Toelichting
Huisartsenpraktijken binnen 1 km Het gemiddeld aantal huisartsenpraktijken binnen een vaste afstand over de
weg voor alle inwoners van een gebied.
Afstand tot school basisonderwijs Het basisonderwijs omvat naast de reguliere basisscholen ook de scholen
voor kinderen van mensen zonder vaste woon- of verblijfplaats, de
zogenaamde rijdende scholen en de ligplaatsscholen voor varende kleuters.
Het speciaal basisonderwijs en de speciale scholen zijn niet meegenomen.
De cijfers 2022 betreffen schooljaar 2021/'22.
De cijfers zijn gebaseerd op het adressenbestand van het Ministerie van
Onderwijs, Cultuur en Wetenschap met vestigingen van basisscholen. Als
bekend is dat er onderwijs gevolgd kan worden op een dependance en dit een
effect heeft van meer dan 500 meter op de berekende gemiddelde afstand,
zijn deze gegevens van de buurten en wijken aanvullend geheim gemaakt.

De gemiddelde afstand van alle inwoners in een gebied tot de
dichtstbijzijnde school, berekend over de weg.
Scholen basisonderwijs binnen 3 km Het basisonderwijs omvat naast de reguliere basisscholen ook de scholen
voor kinderen van mensen zonder vaste woon- of verblijfplaats, de
zogenaamde rijdende scholen en de ligplaatsscholen voor varende kleuters.
Het speciaal basisonderwijs en de speciale scholen zijn niet meegenomen.
De cijfers 2022 betreffen schooljaar 2021/'22.
De cijfers zijn gebaseerd op het adressenbestand van het Ministerie van
Onderwijs, Cultuur en Wetenschap met vestigingen van basisscholen. Als
bekend is dat er onderwijs gevolgd kan worden op een dependance en dit een
effect heeft van meer dan 500 meter op de berekende gemiddelde afstand,
zijn deze gegevens van de buurten en wijken aanvullend geheim gemaakt.

Het gemiddeld aantal scholen binnen een vaste afstand over de weg voor
alle inwoners van een gebied.
Afstand tot school voortgezet onderwijs totaal Scholen waar leerlingen door de overheid bekostigde voltijd voortgezet
onderwijs kunnen volgen. Praktijkonderwijsscholen en speciale scholen zijn
niet meegenomen.
Aangezien scholen voor voortgezet onderwijs zowel VMBO-, HAVO/VWO- als
VMBO/HAVO/VWO-scholen kunnen zijn, tellen de cijfers van VMBO en HAVO/VWO
niet op tot de cijfers van Voortgezet onderwijs totaal.
.
De cijfers 2022 betreffen schooljaar 2021/'22.
De gemiddelde afstand van alle inwoners in een gebied tot de
dichtstbijzijnde school, berekend over de weg.
Scholen voortgezet onderwijs totaal binnen 3 km Scholen waar leerlingen door de overheid bekostigde voltijd voortgezet
onderwijs kunnen volgen. Praktijkonderwijsscholen en speciale scholen zijn
niet meegenomen.
Aangezien scholen voor voortgezet onderwijs zowel VMBO-, HAVO/VWO- als
VMBO/HAVO/VWO-scholen kunnen zijn, tellen de cijfers van VMBO en HAVO/VWO
niet op tot de cijfers van Voortgezet onderwijs totaal.
.
De cijfers 2022 betreffen schooljaar 2021/'22.
Het gemiddeld aantal scholen binnen een vaste afstand over de weg voor
alle inwoners van een gebied.
Kinderdagverblijven binnen 3 km Plaats waar kinderen van 0 tot 4 jaar gedurende één of meer dagdelen
per week het hele jaar door worden opgevangen. Er kan voor meer dan 5 uur
per dag van het kinderdagverblijf gebruik gemaakt worden en voor
maximaal 10 dagdelen per week.

Het gemiddeld aantal kinderdagverblijven binnen een vaste afstand over de
weg voor alle inwoners van een gebied.
Cafetaria's en dergelijke binnen 3 km Fastfoodrestaurant, grillroom/shoarmazaak, lunchroom, pannenkoekenhuis
en ijssalon.

Het gemiddeld aantal cafetaria's binnen een vaste afstand over de weg
voor alle inwoners van een gebied.
Warenhuizen binnen 5 km Het gemiddeld aantal warenhuizen binnen een vaste afstand over de weg
voor alle inwoners van een gebied.
Grote supermarkten binnen 3 km Winkel met meerdere soorten dagelijkse artikelen en een minimale
oppervlakte van 150 m2.

Het gemiddeld aantal grote supermarkten binnen een vaste afstand over de
weg voor alle inwoners van een gebied.

Woonomgeving

Indicator Toelichting
Fysieke verloedering (veel) Het ervaren van overlast van een of meerdere vormen van fysieke verloedering (veel)
Rapportcijfer: hoe prettig in buurt wonen Kunt u met een rapportcijfer aangeven hoe prettig u het vindt om in uw buurt te wonen?
Schaalscore: Fysieke voorzieningen Leefbaarheid: Fysieke voorzieningen: schaalscore.
Slachtoffer van vernieling/beschadiging in de afgelopen 12 maanden Afgeleide variabele: Heeft iemand weleens met opzet iets van u vernield of beschadigd, zonder dat er iets gestolen werd?
Verkeersoverlast (veel) Het ervaren van een of meerdere vormen van verkeersoverlast (veel)

Energie

Indicator Toelichting
Woningen met geregistreerde energielabels B of hoger Het percentage woningen met een geldig energielabel B of hoger, gepercenteerd t.o.v. het totaal aantal geldige labels voor woningen. De peildatum van de data is de laatste dag van het kwartaal of jaar.
Elektriciteitsverbruik: totaal Het gemiddeld jaarverbruik voor elektriciteit op individuele aansluitingen van particuliere woningen, zoals berekend vanuit de aansluitingenregisters van de energienetbedrijven. De eigen opwekking van elektriciteit, bijvoorbeeld met zonnepanelen, is niet bekend en dus ook niet inbegrepen in het gemiddelde jaarverbruik. Ook collectieve verbruiken van bijvoorbeeld liftinstallaties of hal-/galerijverlichting zijn niet meegeteld bij de berekening.
Aardgasverbruik: totaal Het gemiddeld jaarverbruik voor aardgas van particuliere woningen, zoals berekend uit de aansluitingenregisters van de energienetbedrijven. Bij de berekening van het gemiddeld aardgasverbruik zijn woningen met een zeer laag of zelfs nulverbruik meegeteld indien er sprake is van stadsverwarming. Hierdoor valt in gebieden waar stadsverwarming aanwezig is het gemiddeld aardgasverbruik van woningen laag uit.
Aantal zonnepaneelinstallaties bij woningen per 1000 woningen Een installatie is een registratie van zonnepanelen op een bepaalde locatie in een bepaald jaar:
- een registratie in PIR,
- een registratie in CertiQ,
- een aanvraag voor de subsidieregeling zonnestroom particulieren
- een aanvraag voor de btw aftrek regeling zonnepanelen,
- een aanvraag voor de energie investeringsaftrek regeling.

Luchtkwaliteit

Indicator Toelichting
Geurhinder(t.o.v. alle respondenten) - veel Ervaart u hier zelf veel, een beetje of geen overlast van? - Geurhinder

Water en bodem

Indicator Toelichting
Bos, natuur en recreatieterrein (%) Het betreft hier het percentage van de totale oppervlakte van het gebied wat verdeeld is aan de CBS categorieën "Bos", "Open droog natuurlijk terrein", "Open nat natuurlijk terrein" en recreatieterrein
Openbaar water (aandeel) Percentage is t.o.v. oppervlakte totaal.
Bebouwd terrein Percentage is t.o.v. oppervlakte totaal.

Voorzieningen

Indicator Toelichting
Tevredenheid over de speelplekken voor kinderen in de buurt - (heel) tevreden De speelplekken voor kinderen in de buurt?
Tevredenheid over de voorzieningen voor jongeren in de buurt - (heel) tevreden De voorzieningen voor jongeren in de buurt, bijv. sportveldjes of buurthuis?

Samenleven

Indicator Toelichting
Mantelzorger Percentage personen van 18 jaar of ouder dat mantelzorg geeft. De mantelzorg moet daarbij al minimaal 3 maanden duren, of het moet gaan om minimaal 8 uur zorg per week.
Vrijwilligerswerk Percentage personen van 18 jaar of ouder dat de vraag "Doet u vrijwilligerswerk? Hieronder wordt verstaan: werk dat in georganiseerd verband (bijvoorbeeld sportvereniging, kerkbestuur, school) onbetaald wordt uitgevoerd" met 'ja' beantwoordt.
Schaalscore: Sociale Cohesie Leefbaarheid: Sociale Cohesie: schaalscore.
Sociale overlast (veel) percentage Het ervaren van een of meerdere vormen van sociale overlast (veel)

Veiligheid

Indicator Toelichting
Rapportcijfer: veiligheid in buurt Kunt u een rapportcijfer geven voor de veiligheid in uw buurt?
Percentage voelt zich weleens onveilig in buurt - ja Voelt u zich weleens onveilig in uw buurt?

Vertrouwen

Indicator Toelichting
Tevredenheid over de aanpak van leefbaarheid en veiligheid - (zeer) tevreden (%) Tevredenheid over de aanpak van leefbaarheid en veiligheid

Beperking

Indicator Toelichting
Regie over eigen leven - Matig/veel (%) Matig/veel regie over eigen leven

Gezondheid

Indicator Toelichting
Overgewicht Percentage personen van 18 jaar of ouder met een BMI van 25,0 kg/m2 en hoger.
Langdurige ziekte en beperkt Percentage personen dat aangeeft een langdurige ziekte te hebben én dat aangeeft beperkt te zijn vanwege problemen met de gezondheid.

De internationaal gebruikte en afgestemde indicator voor gezondheidsbeperking wordt de GALI-indicator genoemd. GALI staat voor Global Activity Limitation Indicator.
Ervaren gezondheid (goed/zeer goed) Percentage personen van 18 jaar of ouder met antwoordcategorie 'zeer goed' of 'goed' op de vraag naar de algemene gezondheidstoestand.
Eenzaamheid Percentage personen van 18 jaar en ouder dat zich eenzaam voelt. Dit percentage is gebaseerd op de eenzaamheidsschaal, een vragenlijst om eenzaamheid te meten en bestaat uit elf uitspraken over emotionele eenzaamheid en sociale eenzaamheid.

Leefstijl

Indicator Toelichting
Voldoet aan beweegrichtlijn Percentage personen van 18 jaar of ouder dat voldoet aan de beweegrichtlijn. Personen vanaf 18 jaar dienen minstens 150 minuten per week matig intensieve inspanning te verrichten verspreid over diverse dagen, zoals wandelen en fietsen, en minstens tweemaal per week spier- en botversterkende activiteiten te verrichten.

In de Gezondheidsmonitor Volwassenen en Ouderen 2020 is de zogeheten Short Questionnaire to Assess Health enhancing physical activity (SQUASH) opgenomen. Deze vragenlijst is ontwikkeld door het RIVM (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu) en beoogt een volledig beeld te leveren van de lichamelijke activiteit.

Gevraagd wordt naar frequentie, duur en intensiteit van de volgende deelvormen van lichamelijke activiteit:

1. Activiteiten in woon-werk of woon-school verkeer,
2. Activiteiten op het werk of op school,
3. Activiteiten in het huishouden,
4. Sporten,
5. Andere vrijetijdsactiviteiten.
Wekelijkse sporters Percentage personen van 18 jaar of ouder dat minimaal 1 keer per week sport.

In de Gezondheidsmonitor Volwassenen en Ouderen 2020 is de zogeheten Short Questionnaire to Assess Health enhancing physical activity (SQUASH) opgenomen. Deze vragenlijst is ontwikkeld door het RIVM (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu) en beoogt een volledig beeld te leveren van de lichamelijke activiteit.

Gevraagd wordt naar frequentie, duur en intensiteit van de volgende deelvormen van lichamelijke activiteit:

1. Activiteiten in woon-werk of woon-school verkeer,
2. Activiteiten op het werk of op school,
3. Activiteiten in het huishouden,
4. Sporten,
5. Andere vrijetijdsactiviteiten.
Roker Percentage personen van 18 jaar of ouder dat de vraag "Rookt u weleens?" beantwoordt met 'ja', exclusief elektronische sigaret.
Voldoet aan alcohol richtlijn Percentage personen van 18 jaar of ouder dat geen of maximaal een glas alcohol per dag drinkt.

Ondersteuning

Indicator Toelichting
WMO-cliënten Het aantal Wmo-cliënten per 1000 inwoners dat ten minste één maatwerkarrangement in het kader van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) heeft gehad. De relatieve cijfers zijn berekend na het afronden van de absolute cijfers.
Aandeel jongeren met hulp - Jeugdhulp Jeugdhulp: Hulp en zorg zoals deze bedoeld en beschreven is in de Jeugdwet (2014). Het betreft hulp en zorg aan jongeren en hun ouders bij psychische, psychosociale en of gedragsproblemen, een verstandelijke beperking van de jongere, of opvoedingsproblemen van de ouders. Aandeel van het totaal jongeren onder de 18 jaar.

Kerncijfers

 

Bedrijvigheid

Indicator Toelichting
Bedrijfsvestigingen (sbi 2008) - totaal per 1.000 woningen Bedrijfsvestigingen naar activiteit op 1 januari (SBI 2008), exclusief bedrijfsvestigingen in de sectoren overheid, onderwijs en zorg

Deze tabel bevat gegevens over het aantal vestigingen van bedrijven naar economische activiteit, gebaseerd op de Standaard Bedrijfsindeling 2008 (SBI 2008). De vestigingen zijn voorts ingedeeld naar de gemeentelijke indeling per 1 januari van het verslagjaar, naar wijken en naar buurten.
Bedrijfsvestigingen (sbi 2008) - landbouw, bosbouw en visserij Bedrijfsvestigingen naar activiteit op 1 januari (SBI 2008), exclusief bedrijfsvestigingen in de sectoren overheid, onderwijs en zorg

Deze tabel bevat gegevens over het aantal vestigingen van bedrijven naar economische activiteit, gebaseerd op de Standaard Bedrijfsindeling 2008 (SBI 2008). De vestigingen zijn voorts ingedeeld naar de gemeentelijke indeling per 1 januari van het verslagjaar, naar wijken en naar buurten.
Bedrijfsvestigingen (sbi 2008) - nijverheid en energie Bedrijfsvestigingen naar activiteit op 1 januari (SBI 2008), exclusief bedrijfsvestigingen in de sectoren overheid, onderwijs en zorg

Deze tabel bevat gegevens over het aantal vestigingen van bedrijven naar economische activiteit, gebaseerd op de Standaard Bedrijfsindeling 2008 (SBI 2008). De vestigingen zijn voorts ingedeeld naar de gemeentelijke indeling per 1 januari van het verslagjaar, naar wijken en naar buurten.
Bedrijfsvestigingen (sbi 2008) - handel en Horeca Bedrijfsvestigingen naar activiteit op 1 januari (SBI 2008), exclusief bedrijfsvestigingen in de sectoren overheid, onderwijs en zorg

Deze tabel bevat gegevens over het aantal vestigingen van bedrijven naar economische activiteit, gebaseerd op de Standaard Bedrijfsindeling 2008 (SBI 2008). De vestigingen zijn voorts ingedeeld naar de gemeentelijke indeling per 1 januari van het verslagjaar, naar wijken en naar buurten.
Bedrijfsvestigingen (sbi 2008) - vervoer, informatie en communicatie Bedrijfsvestigingen naar activiteit op 1 januari (SBI 2008), exclusief bedrijfsvestigingen in de sectoren overheid, onderwijs en zorg

Deze tabel bevat gegevens over het aantal vestigingen van bedrijven naar economische activiteit, gebaseerd op de Standaard Bedrijfsindeling 2008 (SBI 2008). De vestigingen zijn voorts ingedeeld naar de gemeentelijke indeling per 1 januari van het verslagjaar, naar wijken en naar buurten.
Bedrijfsvestigingen (sbi 2008) - financiële, diensten en onroerend goed Bedrijfsvestigingen naar activiteit op 1 januari (SBI 2008), exclusief bedrijfsvestigingen in de sectoren overheid, onderwijs en zorg

Deze tabel bevat gegevens over het aantal vestigingen van bedrijven naar economische activiteit, gebaseerd op de Standaard Bedrijfsindeling 2008 (SBI 2008). De vestigingen zijn voorts ingedeeld naar de gemeentelijke indeling per 1 januari van het verslagjaar, naar wijken en naar buurten.
Bedrijfsvestigingen (sbi 2008) - zakelijke dienstverlening Bedrijfsvestigingen naar activiteit op 1 januari (SBI 2008), exclusief bedrijfsvestigingen in de sectoren overheid, onderwijs en zorg

Deze tabel bevat gegevens over het aantal vestigingen van bedrijven naar economische activiteit, gebaseerd op de Standaard Bedrijfsindeling 2008 (SBI 2008). De vestigingen zijn voorts ingedeeld naar de gemeentelijke indeling per 1 januari van het verslagjaar, naar wijken en naar buurten.
Bedrijfsvestigingen (sbi 2008) - cultuur, recreatie, overige diensten Bedrijfsvestigingen naar activiteit op 1 januari (SBI 2008), exclusief bedrijfsvestigingen in de sectoren overheid, onderwijs en zorg

Deze tabel bevat gegevens over het aantal vestigingen van bedrijven naar economische activiteit, gebaseerd op de Standaard Bedrijfsindeling 2008 (SBI 2008). De vestigingen zijn voorts ingedeeld naar de gemeentelijke indeling per 1 januari van het verslagjaar, naar wijken en naar buurten.
Bedrijfsvestigingen (sbi 2008) - overheid, onderwijs en zorg Het aandeel bedrijfsvestigingen in de sbi indeling overheid, onderwijs en zorg ten opzichte van de totale bedrijfsvestigingen in de regio.

Bewoners

Indicator Toelichting
Bevolking totaal De inwoners van Nederland.
In de bevolkingsaantallen zijn uitsluitend personen begrepen die zijn opgenomen in het bevolkingsregister van een Nederlandse gemeente.
In principe wordt iedereen die voor onbepaalde tijd in Nederland woont, opgenomen in het bevolkingsregister van de woongemeente. Personen die tot de bevolking van Nederland behoren, maar voor wie geen vaste woonplaats valt aan te wijzen, zijn opgenomen in het bevolkingsregister van de gemeente 's-Gravenhage.
In de bevolkingsregisters zijn niet opgenomen de in Nederland wonende personen waarvoor uitzonderingsregels gelden met betrekking tot opneming in de bevolkingsregisters (bijvoorbeeld diplomaten en NAVO militairen) en personen die niet legaal in Nederland verblijven.
Inwoners van 0-14 jaar Percentage inwoners dat op 1 januari 0 tot en met 14 jaar oud is
Inwoners van 15-24 jaar Percentage inwoners dat op 1 januari 15 tot en met 24 jaar oud is
Inwoners van 25-44 jaar Percentage inwoners dat op 1 januari 25 tot en met 45 jaar oud is.
Inwoners van 45-64 jaar Percentage inwoners dat op 1 januari 45 tot en met 64 jaar oud is.
Inwoners van 65 jaar en ouder Percentage inwoners dat op 1 januari 65 jaar of ouder is.
Bevolkingsdichtheid Het (niet afgeronde) aantal inwoners per km² land is bepaald door het (niet afgeronde) aantal inwoners op 1 januari te delen door de (niet afgeronde) landoppervlakte.
De bevolkingsdichtheid is opgenomen indien er 10 of meer inwoners in de buurt voorkomen. Het landoppervlakte is voor voorgaande jaren overgenomen op basis van de meest recente buurt/wijk-indeling.
Grijze druk Het aantal 65-plussers per honderd 20-65 jarigen
Demografische druk Het aantal 0-20 jarigen en 65-plussers per honderd 20-65 jarigen
Personen met een westerse achtergrond Het percentage betreft het aantal personen met een westerse achtergrond ten opzichte van de totale bevolking met een migratieachtergrond
Personen met een niet westerse achtergrond Het percentage betreft het aantal personen met een niet westerse achtergrond ten opzichte van de totale bevolking met een migratieachtergrond
Bevolkingsgroei Procentuele bevolkingsgroei per regio ten opzichte van de voorgaande periode.
Bevolkingsgroei naar 2041 De verwachte bevolkingsgroei per regio naar 2041.
Deze verwachting komt uit het Primos prognose model van ABF research.
Huishoudens Het aantal huishoudens per regio.
Eenpersoonshuishoudens Een particulier huishouden bestaande uit één persoon.

Het percentage wordt berekend door het aantal te delen door de gesommeerde aantallen huishoudens éénpersoonshuishoudens, meerpersoonshuishoudens zonder kinderen en meerpersoonshuishoudens met knderen.
Meerpersoonshuishoudens zonder kinderen Meerpersoonshuishoudens zonder kinderen bestaan uit niet-gehuwde paren zonder kinderen, echtparen zonder kinderen en overige huishoudens.

Het percentage wordt berekend door het aantal te delen door de gesommeerde aantallen huishoudens éénpersoonshuishoudens, meerpersoonshuishoudens zonder kinderen en meerpersoonshuishoudens met knderen.
Meerpersoonshuishoudens met kinderen Meerpersoonshuishoudens met kinderen bestaan uit niet-gehuwde paren met kinderen, echtparen met kinderen en eenouderhuishoudens.
Huishoudensgrootte Dit gemiddelde is berekend als het aantal in particuliere huishoudens levende personen gedeeld door het aantal particuliere huishoudens.

Onderwijs

Indicator Toelichting
Aandachtsleerlingen Het aandeel aandachtsleerlingen in het primair onderwijs per regio. Aandachtsleerlingen zijn gedefinieerd op basis van het leerlinggewicht. Een gewicht van 0.30 of 1.20 wordt gerekend tot aandachtsleerling.

Het leerlinggewicht wordt toegekend op basis van het opleidingsniveau van de ouders.
De gewichtenregeling in het basisonderwijs bepaalt of een school extra middelen krijgt. Dit gebeurt middels een berekening op basis van het aantal leerlingen met een leerlinggewicht, hierbij geldt een drempelwaarde.

Mogelijke waardes van het leerlinggewicht:
0.00: Leerling krijgt geen gewicht op basis van het opleidingsniveau van de ouders.
0.30: Ouder(s) hebben maximaal een opleiding in lbo/vbo, praktijkonderwijs of vmbo basis- of kaderberoepsgerichte leerweg.
1.20: Minimaal één van de ouders heeft maximaal een opleiding in het basisonderwijs of (v)so-zmlk, de andere ouder heeft maximaal een opleiding in lbo/vbo, praktijkonderwijs of vmbo basis- of kaderberoepsgerichte leerweg.
Gemiddelde score Cito eindtoets De gemiddelde score per regio van de CITO eindtoets.
Aandeel leerlingen voortgezet onderwijs - VMBO Aandeel leerlingen in het voorgezet onderwijs op het VMBO.
Opleidingsniveau 15-75-jarigen - Laag Het hoogstbehaalde onderwijsniveau is laag onderwijs. Dit omvat onderwijs op het niveau van basisonderwijs, het vmbo, de eerste 3 leerjaren van havo/vwo en de entreeopleiding, de voormalige assistentenopleiding (mbo1), praktijkonderwijs.

De cijfers zijn berekend o.b.v. data dat afkomstig is van een steekproef. Deze cijfers hebben een steekproefonnauwkeurigheid. De gebruiker van de cijfers wordt aangeraden de mate van onnauwkeurigheid (ondergrens en bovengrens van het 95%-betrouwbaarheidsinterval) in aanmerking te nemen.
Opleidingsniveau 15-75-jarigen - Midden Het hoogstbehaalde onderwijsniveau is middelbaar onderwijs. Dit omvat de bovenbouw van havo/vwo, de basisberoepsopleiding (mbo2), de vakopleiding (mbo3) en de middenkader- en specialistenopleidingen (mbo4).

De cijfers zijn berekend o.b.v. data dat afkomstig is van een steekproef. Deze cijfers hebben een steekproefonnauwkeurigheid. De gebruiker van de cijfers wordt aangeraden de mate van onnauwkeurigheid (ondergrens en bovengrens van het 95%-betrouwbaarheidsinterval) in aanmerking te nemen.
Opleidingsniveau 15-75-jarigen - Hoog Het hoogstbehaalde onderwijsniveau is hoog onderwijs. Dit omvat onderwijs op het niveau van hbo of wo.

De cijfers zijn berekend o.b.v. data dat afkomstig is van een steekproef. Deze cijfers hebben een steekproefonnauwkeurigheid. De gebruiker van de cijfers wordt aangeraden de mate van onnauwkeurigheid (ondergrens en bovengrens van het 95%-betrouwbaarheidsinterval) in aanmerking te nemen.

Inkomen

Indicator Toelichting
Banen per 1.000 inwoners (15-74 jr.) Het aantal banen per 1000 inwoners in de leeftijdscategorie tussen 15 en 74 jaar.
Personen met een bijstandsuitkering vanaf 15 jaar De relatieve cijfers zijn afgerond op een veelvoud van 0,5. Hierdoor kan het voorkomen, dat de som van de detailgegevens afwijkt van het totaal. De cijfers van het eerste kwartaal worden gepresenteerd als jaarcijfers.
Personen met een Arbeidsongeschiktheidsuitkering vanaf 15 jaar De relatieve cijfers zijn afgerond op een veelvoud van 0,5. Hierdoor kan het voorkomen, dat de som van de detailgegevens afwijkt van het totaal. De cijfers van het eerste kwartaal worden gepresenteerd als jaarcijfers.
Personen met een AOW uitkering vanaf 15 jaar De relatieve cijfers zijn afgerond op een veelvoud van 0,5. Hierdoor kan het voorkomen, dat de som van de detailgegevens afwijkt van het totaal. De cijfers van het eerste kwartaal worden gepresenteerd als jaarcijfers.
Inkomen per inkomensontvanger Het rekenkundig gemiddeld persoonlijk inkomen per persoon op basis van personen met persoonlijk inkomen die deel uitmaken van particuliere huishoudens.
De waarde werd tot en met 2018 vermeld bij minimaal 100 inkomensontvangers per regio. Vanaf 2019 is deze drempelwaarde verhoogt tot 2500 inkomensontvangers, hierdoor kunnen vanaf dit jaar sommige gegevens niet meer getoond worden.
Huishoudens met een inkomen tot 110% van sociaal minimum Het besteedbaar huishoudensinkomen exclusief gebonden uitkeringen is lager dan 110 procent van het sociaal minimum. Het sociaal minimum is het wettelijk bestaansminimum dat in de politieke besluitvorming is vastgesteld. Tot aan de pensioengerechtigde leeftijd is het sociaal minimum gelijk aan de hoogte van de bijstandsuitkering en vanaf de pensioengerechtigde leeftijd is het ontleend aan het AOW-pensioen. Voor huishoudens met kinderen zijn de kinderbijslag en het kindgebonden budget aan het normbedrag toegevoegd.
Huishoudens met een inkomen tot 120% van sociaal minimum Het besteedbaar huishoudensinkomen exclusief gebonden uitkeringen is lager dan 120 procent van het sociaal minimum. Het sociaal minimum is het wettelijk bestaansminimum dat in de politieke besluitvorming is vastgesteld. Tot aan de pensioengerechtigde leeftijd is het sociaal minimum gelijk aan de hoogte van de bijstandsuitkering en vanaf de pensioengerechtigde leeftijd is het ontleend aan het AOW-pensioen. Voor huishoudens met kinderen zijn de kinderbijslag en het kindgebonden budget aan het normbedrag toegevoegd.
Netto arbeidsparticipatie Het aandeel van de werkzame beroepsbevolking in de bevolking (beroeps- en niet-beroepsbevolking).

Deze definitie heeft betrekking op personen die in Nederland wonen (exclusief de institutionele bevolking). De gegevens worden meestal gepresenteerd voor de bevolking van 15 tot 75 jaar.
Arbeidsparticipatie - Zelfstandigen Een persoon die voor eigen rekening of risico arbeid verricht
- in een eigen bedrijf of praktijk (zelfstandig ondernemer),
- als directeur-grootaandeelhouder (dga),
- in het bedrijf of de praktijk van een gezinslid (meewerkend gezinslid), of
- als overige zelfstandige.

Als een persoon meer dan één baan of werkkring heeft, dan wordt uitgegaan van de baan of werkkring waaraan de meeste tijd wordt besteed.
40% huishoudens met laagste inkomen Om te bepalen of een huishouden een laag inkomen heeft, wordt het inkomen van een huishouden omgerekend tot het gestandaardiseerde inkomen (exclusief eventueel ontvangen huurtoeslag). Vervolgens wordt dit gestandaardiseerde inkomen (met het prijsindexcijfer) herleid naar het prijspeil in 2000. Het resulterende gestandaardiseerde en gedefleerde inkomen is laag wanneer het minder is dan 9249 euro.
40% Huishoudens met een hoog inkomen Aandeel particuliere huishoudens die behoren tot de landelijke 20% huishoudens met het hoogste huishoudensinkomen.
Particuliere huishoudens zijn ingedeeld naar hoogte van het besteedbaar huishoudensinkomen.
De indeling vindt plaats nadat huishoudens landelijk zijn gerangschikt van laag naar hoog besteedbaar huishoudensinkomen. Tot de hoogste 20-procent-groep worden de twintig procent huishoudens met het hoogste besteedbaar inkomen gerekend.
Het percentage is vermeld bij minimaal 100 particuliere huishoudens per regio.

Het besteedbaar inkomen van particuliere huishoudens bestaat uit het bruto-inkomen verminderd met:
- betaalde inkomensoverdrachten, zoals alimentatie van de ex-echtgeno(o)t(e);
- premies inkomensverzekeringen zoals premies betaald voor sociale verzekeringen, volksverzekeringen en particuliere verzekeringen in verband met werkloosheid, arbeidsongeschiktheid en ouderdom en nabestaanden;
- premies ziektekostenverzekeringen;
- belastingen op inkomen en vermogen.

Woning

Indicator Toelichting
Omgevingsadressendichtheid De omgevingsadressendichtheid (OAD) van een buurt, wijk of gemeente is het gemiddeld aantal adressen per vierkante kilometer binnen een cirkel met een straal van één kilometer op 1 januari.
De OAD beoogt de mate van concentratie van menselijke activiteiten (wonen, werken, schoolgaan, winkelen, uitgaan etc.) weer te geven. Het CBS gebruikt de OAD om de stedelijkheid van een bepaald gebied te bepalen.
Voor de berekening hiervan wordt eerst voor ieder adres de OAD vastgesteld. Daarna is het gemiddelde berekend van de omgevingsadressendichtheden van alle afzonderlijke adressen binnen het beschouwde gebied. De adressen zijn afkomstig uit het Geografisch Basisregister van het betreffende jaar (definitieve versie). Dit register bevat alle adressen van Nederland die zijn voorzien van een postcode, gemeentecode en wijk- en buurtcode.

Het landoppervlakte is voor voorgaande jaren overgenomen op basis van de meest recente buurt/wijk-indeling.
Woningen Het totale aantal woningen op 1 januari van het desbetreffende jaar. Een woning is een verblijfsobject met minimaal een woonfunctie en eventueel één of meer andere gebruiksfuncties.
Onbewoonde woningen Een woning is bewoond als er volgens de Basisregistratie Personen (BRP) op peildatum 1 januari minimaal 1 persoon stond ingeschreven op het bijbehorende adres. Alle overige woningen, die wel voor bewoning beschikbaar zijn, worden beschouwd als onbewoond. Peildatum: 1 januari van het desbetreffende jaar.
Het aantal leegstaande woningen is vermeld als percentage van de totale woningvoorraad en wordt alleen vermeld bij minimaal 20 woningen.
Niet-bewoonde woningen: Woningen waar op de peildatum 1 januari niemand stond ingeschreven in de Basisregistratie Personen (BRP).
Woningen naar bouwjaar > 2001 Het aandeel woningen in de bouwjaarklasse > 2001.
Woningen naar gebruiksoppervlakte > 120 m2 Het aandeel woningen groter dan 120 m2 ten opzichte van de totale woningvoorraad.
Eengezinswoningen De verhouding van het aantal eengezinswoningen t.o.v. het totale aantal woningen.
Eengezinswoningen kleiner dan 70 m2 Het aandeel eengezinswoningen met een oppervlakte kleiner dan 70m2.
Meergezinswoningen De verhouding van het aantal meergezinswoningen t.o.v. het totale aantal woningen.
Meergezinswoningen kleiner dan 50 m2 Het aandeel meergezinswoningen met een oppervlakte kleiner dan 50m2.
Huurwoningen Woningen die niet bewoond worden door de eigenaar van de woning. Bij woningen waar geen bewoner geregistreerd is, gaat het om woningen waarvan het aannemelijk is dat de woning bestemd is voor de huurmarkt.
Huurwoningen totaal
Peildatum: 1 januari van het desbetreffende jaar.
Het aantal is vermeld als percentage van het totaal aantal woningen en vermeld bij 20 woningen of meer per buurt en wanneer het aandeel woningen met eigendom onbekend 50 procent of minder bedroeg.
Huurwoningen in bezit van woningcorporaties Een woning die in het bezit is van een toegelaten instelling volkshuisvesting of een gemeentelijk woningbedrijf.

Het betreft niet het aantal sociale huurwoningen, omdat er alleen is vastgesteld wie de eigenaar is en
er niet is gekeken naar de hoogte
Huurwoningen in bezit overige verhuurders Een huurwoning die niet in het bezit is van een woningcorporatie.
---
Peildatum: 1 januari.
Weergave: als percentage van het totaal aantal woningen en vermeld bij 20 woningen of meer per buurt en
wanneer het aandeel woningen met eigendom onbekend 50
Koopwoningen Woningen die eigendom zijn van de (toekomstige) bewoner(s) of in gebruik als tweede woning.

Peildatum: 1 januari van het desbetreffende jaar.
Het aantal is vermeld als percentage van het totaal aantal woningen en vermeld bij 20 woningen of meer per buurt en wanneer het aandeel woningen met eigendom onbekend 50 procent of minder bedroeg.
Gemiddelde WOZ-waarde De gemiddelde waarde onroerende zaken van woonobjecten gebaseerd op de Wet Waardering Onroerende Zaken (WOZ-waarde).
Voor de bepaling van de gemiddelde woningwaarde wordt alleen gebruik gemaakt van die WOZ-objecten omschreven als woningen dienend tot hoofdverblijf (WOZ-objectcode 10) en woningen met praktijkruimte (WOZ-objectcode 11) met een waarde groter dan nul euro.

De (voorlopig) gemiddelde woningwaarde wordt bepaald met de waardepeildatum van voorgaand jaar, bijv:
- 2018: waardepeildatum 1 januari 2017

Wanneer de woningvoorraad kleiner is dan 20 woningen of het aantal WOZ-objecten kleiner is dan 50 wordt er geen WOZ-waarde opgenomen.
 

Wijkmonitor Leefbaarheid

Selecteer een wijk en zie hoe het met de leefbaarheid in die wijk is gesteld. Voor de gekozen wijk ziet u in een oogopslag of de wijk positief (groen) of negatief (rood) verschilt ten opzichte van het gemiddelde van heel Velsen. U ziet ook of kerncijfers, zoals het aantal inwoners of het aantal huizen, hoger (donkerblauw), lager (lichtblauw) of ongeveer gelijk (middenblauw) zijn aan het gemiddelde van Velsen. Het zwarte pijltje in de gekleurde balk onder de cirkel laat precies zien wat de score is.

Door op een thema te klikken, komen naast of onder de cirkel scores van alle onderdelen van dat thema in beeld. Klik op de onderstreepte onderdelen voor extra informatie, zoals ontwikkelingen in de tijd en aanvullende grafieken.

Deze wijkmonitor is nog in ontwikkeling en wordt aangevuld als er actuele informatie is. Zo moet de informatie uit de inwonerspeiling nog worden verwerkt in deze wijkmonitor. Wanneer een vakje in de cirkel grijs is, is hier nog geen informatie over beschikbaar.

Kies een wijk

 

Velsen-Zuid en Driehuis (0) (Klik voor meer informatie)

 

Score per onderdeel

Klik op een onderdeel in de wijkmonitor leefbaarheid om meer informatie te bekijken. In de tabel die dan verschijnt, kunt u klikken op het grafiekicoon om een grafiek te tonen met de waarden van alle wijken of u kunt klikken op de indicator om naar een dashboard met meer informatie te gaan.

 
Kies tussen staaf of lijngrafiek